Terug naar overzicht

Draagmoederschap vandaag

Zwanger voor een ander, iets van de laatste jaren? Toch niet! Een van de vroegste en meteen ook markantste verhalen vind je in de bijbel. Rachel leende haar slavin Bilha uit aan haar man Jacob omdat ze zelf geen kind voor hem kon baren. Hoewel de toenmalige ‘draagmoeder’ niet om haar toestemming werd gevraagd en allicht ook geen tegemoetkoming ontving, is het basisbestanddeel aanwezig. Bilha was ook zwanger voor een ander.

Geholpen door de opkomst van reproductieve technieken, ontstond in de jaren 80 van de vorige eeuw in de VS het gastmoederschap. Een vrouw laat zich zwanger maken door de wensvader en laat het kind nadien door de wensmoeder en -vader adopteren. De voorloper en minder uitgewerkte versie van het huidige draagmoederschap was geboren![1]

Draagmoederschap vandaag?

Als wij het vandaag hebben over draagmoederschap bij ons, dan bedoelen we dat een vrouw zwanger is en bevalt van een kind voor een ander met de bedoeling om de ouderschapsrechten en -plichten over te dragen aan de wensouders.

Wie is wie?

  • Wensouders: zij koesteren de kinderwens. De baby komt na de geboorte bij hen terecht en zal bij hen opgroeien. Ze worden ook de sociale ouders genoemd.
  • Genetische ouders: zij zorgen voor het genetisch materiaal waaruit de baby groeit. Bij draagmoederschap kan dat voor de eicel de draagmoeder zijn (laagtechnologisch draagmoederschap), of de wensmoeder of een donor.
  • Draagmoeder: zij is zwanger van de baby, maar wel met de nadrukkelijke bedoeling om de baby na geboorte aan de wensouders te geven.

Hoe gaat het in zijn werk?

Er zijn twee vormen van draagmoederschap:

  • Hoogtechnologisch draagmoederschap: de wensmoeder (of een donor) levert de eicel aan. Deze vorm komt het vaakst voor.
  • Laagtechnologisch draagmoederschap:  de draagmoeder schenkt ook een eicel. Opmerkelijk: voor laagtechnologisch draagmoederschap heb je strikt genomen geen fertiliteitscentrum nodig. We hebben dus ook geen 100% correcte cijfers over hoe vaak het voorkomt.

Draagmoederschap is een vrij uitzonderlijk fenomeen, op de 30 jaar dat het in België gebeurt, zijn er 150 a 200 draagmoederschappen geweest in ons land. In verhouding: per jaar worden er in ons land 20.000 ivf-cycli afgerond.

Maar dat betekent niet dat we geen rekening hoeven te houden met de vraag en niet moeten zorgen voor de juiste omkadering.

Wanneer kom je in aanmerking voor een procedure met een draagmoeder?

  • Rechtstreekse medische aanwijzingen: de baarmoeder ontbreekt of inplanting van de vrucht is om medische redenen onmogelijk bij de wensmoeder.
  • Onrechtstreekse medische aanwijzingen: een zwangerschap zou levensbedreigend zijn voor de wensmoeder of de wensmoeder had verschillende onverklaarbare miskramen.
  • Homoseksuele mannen of single mannen: zij beschikken zelf niet over een baarmoeder. Voor hen is werken met een draagmoeder vaak de enige manier om hun kinderwens te vervullen.

Opgelet: draagmoederschap om andere dan medische redenen kan niet in België. Iemand die om een of andere reden geen zin heeft om zelf zwanger te zijn en een draagmoeder wil inschakelen, zal bot vangen bij een fertiliteitscentrum.

Draagmoeders worden geholpen in 4 Belgische centra

  • Citadelle Luik (1992)
  • UMC Sint Pieter Brussel (1997)
  • UZ Gent (2004)
  • UZ Brussel (2016)

Waarom worden er niet meer kinderen geboren via draagmoederschap?

Dat er al bij al weinig draagmoederschap voorkomt in België heeft verschillende redenen:

  • Het is en blijft de allerlaatste optie. Er zijn niet heel veel mensen die de nood hebben en aan alle voorwaarden voldoen.
  • De procedure is in veel opzichten complex (juridisch, medisch, emotioneel, …). Mogelijk schrikt dat mensen af.
  • Er is momenteel geen Belgische wet die draagmoederschap regelt. Er ontstaat dus onvermijdelijk rechtsonzekerheid voor alle betrokken partijen.

Het aantal geboortes is niet zo hoog, maar het aantal aanvragen is wel aanzienlijk. Vanwaar dat grote verschil?

  • Mensen trekken zich soms zelf terug eens ze de volledige impact van de procedure overzien.
  • Een deel wordt niet weerhouden na de screening door het fertiliteitscentrum.
  • In laatste orde moet de biologie ook nog meewillen om uiteindelijk tot een zwangerschap te komen.

Van meningen en wanpraktijken

Draagmoeder zijn voor iemand die zelf geen kinderen kan dragen, lijkt een daad van grote solidariteit. Toch stellen mensen zich heel wat vragen. Niet zo gek. Kinderen krijgen is een diep emotionele kwestie die weinigen onberoerd laat. Draagmoederschap is daarenboven een complexe onderneming. Zowel psychologisch, praktisch als juridisch.

Draagmoederschap komt meestal ook niet als een succesverhaal in de media. Vaak gaan (buitenlandse) wanpraktijken met veel aandacht lopen, denk maar aan:

  • Gedwongen draagmoederschap en uitbuiting.
  • Visum- en inreisproblemen na buitenlands draagmoederschap.
  • Baby’s te koop.

Iedereen kent de verhalen, maar wat is ervan aan in de Belgische praktijk?

[1] Bron: Lien Valcke (2013) Zwanger voor een ander.

Noot

Draagmoeder betekent hier ‘persoon die zwanger is voor een ander’. We weten dat de term niet voor iedereen de lading dekt. De persoon die zwanger is, heeft immers niet de bedoeling een moeder/ouderschapsrol op te nemen. Bij een alternatief als “draagvrouw”, ligt het accent op het geslacht van de persoon, wat niet voor iedereen correct of comfortabel aanvoelt. We houden hier de term draagmoeder aan vanwege de herkenbaarheid en bedoelen hiermee niemand uit te sluiten. 

Bekijk ook even dit:

Je winkelmand is leeg.