IVG, de toekomst voor homo- en lesbische paren?
Bij koppels van hetzelfde geslacht kan met de huidige stand van de wetenschap slechts 1 ouder genetisch verwant zijn aan hun kind. in-vitrogametoganese (IVG) zou ervoor zorgen dat beide partners een genetische link met het kind hebben.
Bij een lesbisch paar zou men met IVG een huidcel van een van beide vrouwen in het labo kunnen laten uitgroeien tot zaadcel. Via kunstmatige bevruchting of in-vitrofertilisatie zou de met IVG gemaakte zaadcel gebruikt kunnen worden om de andere vrouw te bevruchten. Het resulterende embryo is dan genetisch verwant aan beide vrouwen.
Voor homoparen zou men hetzelfde kunnen doen, alleen wordt daar van een huidcel van een van beide mannen een eicel gemaakt. Die eicel wordt dan bevrucht met het zaad van de andere man.
Bij koppels van hetzelfde geslacht kan met de huidige stand van de wetenschap slechts 1 ouder genetisch verwant zijn aan hun kind. IVG zou ervoor zorgen dat beide partners een genetische link met het kind hebben.
Er zijn een paar aandachtspunten:
- Bij homo-paren blijft de hulp van een draagmoeder noodzakelijk.
- Lesbische paren kunnen enkel dochters krijgen. Vrouwen (en dus ook hun huidcellen) beschikken over twee x-chromosomen. Mannen over een x-chromosoom en een y-chromosoom. Vrouwen kunnen bijgevolg geen y-chromosoom doorgeven aan het kind waardoor het een zoon zou zijn.
- Een zaadcel maken uit een vrouwelijke cel vereist meer manipulaties en zou dus risicovoller zijn dan een eicel maken uit een mannelijke cel.
IVG is vandaag nog niet mogelijk. Als de techniek ooit bruikbaar wordt, is het nog de vraag of het ook effectief mogelijk zal zijn om voor een man een eicel te maken en voor een vrouw een zaadcel.
Wat vindt het burgerpanel?

IVG bij homoparen en lesbische paren
De deelnemers zien geen relevante verschillen tussen de toepassing van IVG bij homoparen en lesbische paren. Ze zijn van mening dat zowel homoparen als lesbische paren evenveel recht hebben op hulp bij het vervullen van hun kinderwens. Net als heteroparen. De onderliggende reden is dat allen even competent zijn om ouder te zijn. De eventuele extra risico’s wegen niet op tegen de mogelijkheid om hen de kans op genetisch eigen kinderen te geven.
Bezorgdheid over draagmoederschap
Dat homoparen nog beroep moeten doen op een draagmoeder roept wel bezorgdheid op. Vooral met betrekking tot het emotioneel welzijn van de draagmoeder, de nood aan een wettelijk kader en het uitsluiten van commercieel draagmoederschap. Het is voor bijna iedereen een extra hindernis, maar geen reden om homoparen uit te sluiten van behandeling met IVG. Er wordt aangehaald dat draagmoederschap met IVG net minder complex is, dan als de draagmoeder ook voor de eicel zorgt. Voor één persoon is de nood aan draagmoederschap wel een fundamenteel bezwaar tegen IVG bij homoparen.
Lesbische paren kunnen via IVG enkel dochters krijgen
Het feit dat lesbische paren via IVG enkel dochters kunnen krijgen, is niet van belang. Net als bij alle kinderen vindt men het geslacht niet belangrijk, wel de gezondheid. Het is wel belangrijk dat lesbische paren hierover goed geïnformeerd zijn, zodat ze een andere keuze kunnen maken. Het belangrijkste verschil is voor de deelnemers dat lesbische paren op voorhand zullen weten dat ze een dochter krijgen en anderen niet. Men vreest geen onevenwicht van de geslachten omdat het aantal lesbische paren dat beroep zou doen op deze techniek maar een kleine groep is binnen de totale bevolking.
Maken van een zaadcel uit een vrouwelijke cel is risicovoller
Dat het maken van een zaadcel van een vrouwelijke lichaamscel meer risico’s inhoudt, is een extra hindernis voor de deelnemers maar niet doorslaggevend om de techniek niet toe te laten voor lesbische paren. Er moet wel op voorhand duidelijk gecommuniceerd worden over de risico’s. En er moeten inspanningen geleverd worden om de risico’s zoveel mogelijk te beperken. Er moet geïnvesteerd worden in onderzoek om het zo veilig mogelijk te maken.
Besluit
De bedenkingen over draagmoeders, geslachtsonevenwicht en eventuele risico’s zijn extra drempels maar geen doorslaggevende reden om mannen- dan wel vrouwenkoppels uit te sluiten van behandeling. Wel is het belangrijk dat de betrokken koppels op voorhand goed geïnformeerd worden over de mogelijke risico’s. Op die manier kunnen de koppels zelf hun geïnformeerde keuze maken over het vervullen van hun kinderwens.